Pioenen

Pioenen

woensdag 11 mei 2016

Interioresting

Interieur- of binnenhuisinrichting. Het houdt me al van in m'n tienerjaren bezig. De droom was om binnenhuisarchitectuur te gaan studeren. Twee dingen hebben me echter weerhouden om deze droom werkelijkheid te laten worden.
De eerste reden was dat m'n vader eiste dat ik een ASO opleiding moest en zou volgen tijdens mijn middelbare schooljaren. En ook al ben ik nóg zo in opstand gekomen, uiteindelijk heb ik het onderspit moeten delven. Op 18-jarige leeftijd er dus eindelijk wél aan kunnen beginnen en toen bleek dat ik al veel te veel achterstand had door geen technische opleiding gevolgd te hebben.
Maar een veel belangrijker probleem, zo bleek achteraf dan, is dat ik namelijk over zo goed als geen dieptezicht beschik. En laat dát nu net wel de basis zijn om een plan te kunnen tekenen, te interpreteren én maquettes te bouwen. Ik zie het dus gewoon, of héél moeilijk, niet. 
Spijtig genoeg heb ik er dus niet m'n beroep van kunnen maken maar een hobby is het wél altijd gebleven. De interesse erin is zelfs nog sterker geworden. Zodanig zelfs dat ik na gisteren m'n 2-jarige opleiding copywriter afgerond te hebben, serieus aan het overwegen ben om in september, in avondschool, de opleiding interieur-stylist te gaan volgen. 
Dit gaat minder over plannen tekenen maar wél over hoe je door het gebruik van kleur, licht, bepaald soort materialen, plaatsing van meubels,... je interieur nét dat beetje meer kan geven.

Ik kan echt genieten van een mooi interieur. Ervan tot rust komen ook. Uitkijken om dingen te vinden die, vind ík dan toch, op dát bepaald plaatsje moeten komen. En geen genoegen nemen met minder. Gewoon wachten tot je ergens komt of passeert en zegt "Jep, dat is exact wat ik al een tijdje zocht." En anders blijft dat plekje leeg.
Maar gelukkig is iedereen anders en dat maakt elk interieur net uniek. En zo moet het ook. Want waar dienen al de verschillende woonstijlen anders voor. Er is zóveel keuze, er is voor elk wat wils. 
Een interieur moet wél passen bij de stijl van het huis. Dat vind ik althans. Of moet misschien soms net voor zó'n contrast zorgen in buitenkant/binnenkant dat het ergens wél weer zin maakt. Zoals bij mij thuis eigenlijk. De buitenkant is een houten chalet maar binnen is het licht en modern en dat zou je nooit verwachten. Maar in dit laatste geval moet het wel allemaal perfect geïntegreerd zijn en en bij mekaar aansluiten.
Maar in het algemeen past bij een huis aan zee een lichte, luchtige inrichting met wit en wat blauwe toetsen. Een fermette kan dan weer zwaardere, donkerder kleuren en meubelen aan. Een strak "blok"huis ga je geen barokke inrichting geven. En een landelijke woning vraagt om natuurlijke materialen zoals natuursteen en hout. 

En die laatste zijn ook mijn favorieten. 
Blauwe steen van bij ons, marmer van Carrara in Italië, als het kan echt hout en geen fineer, natuur kasseien en smeedijzer voor buiten. Duurzame, tijdloze materialen. Materialen die doorleefd zijn en waar foutjes inzitten. Want dat maakt ze net zo mooi. Het pure, authentieke.
Die oude tegelvloeren van vroeger met hun mozaïekjes en kleuren zijn toch prachtig ook ? En dat dan weer laten aansluiten met een licht eikenhouten parket of donker ebbenhout.
Voor de aankleding ook échte materialen zoals een kroonluchter van glas of kristal, schilderijen of etsen met de hand gemaakt, een perzich tapijt van wol, katoen of zijde. Zwaar linnen voor de draperies, een donzen dekbed en kussens in de slaapkamer. In de badkamer enkel textielen van katoen en linnen en de keuken vraagt om een servies van echt porselein.
Net iets duurder ? Ja absoluut. Maar z'n geld meer dan waard en hier is mijn mening ook dat ik liever dan weer wat langer wacht om het tóch te kunnen bekostigen. 

Maar het allerbelangrijkste is dat je van je huis een thuis maakt. In je huis moet je steeds een gevoel van thuiskomen hebben. Waar het na een drukke werkdag aangenaam vertoeven is en waar je batterijtjes terug opgeladen worden. Lekker eten en drinken en aangenaam gezelschap om het helemaal af te maken.